etiketten
voorbereiding
1.
Trek de invoerlade uit.
2.
Schuif beide papierregelaars uit en verwijder al het papier uit de lade.
3.
Waaier de randen van de stapel etiketvellen uit om te voorkomen dat de vellen
aan elkaar plakken en maak er een nette stapel van.
4.
Leg maximaal 20 etiketvellen – etiketzijde omlaag – in de lade.
5.
Schuif de papierregelaars goed tegen de vellen en duw de lade naar binnen.
etiketten afdrukken
1.
Open het bestand dat u wilt afdrukken.
2.
Volg naar gelang van het gebruikte softwareprogramma een van deze paden
om uw afdrukopties te selecteren:
• Klik op
Bestand
>
Afdrukken
en selecteer vervolgens
Eigenschappen
– of –
• Klik op
Bestand
>
Printerinstelling
en selecteer vervolgens
Eigenschappen
– of –
• Klik op
Bestand
>
Afdrukken
>
Instelling
en selecteer vervolgens
Eigenschappen
.
Het dialoogvenster printereigenschappen verschijnt met de tabbladen
Instelling, Functies en Geavanceerd.
32
3.
Klik op de tab Instelling en kies de volgende opties:
•
Afdrukkwaliteit
:
Normaal
•
Papiersoort
:
Gewoon papier
•
Papierformaat
:
A4
of
Letter
4.
Klik op de tab
Functies
en stel de volgende opties in:
•
Afdrukrichting
: Juiste afdrukrichting
•
Dubbelzijdig afdrukken
: Niet ingeschakeld
•
Aantal
: Maximaal 20
5.
Selecteer de tab
Geavanceerd
als u in grijsschaal wilt afdrukken of het
inktvolume, de kleur of de afdruksnelheid (Modus weinig geheugen) wilt
aanpassen.
6.
Klik op
OK
om terug te keren naar het venster Afdrukken of
Printerinstelling.
7.
Klik op
OK
om af te drukken.
afdrukrichtlijnen
• Gebruik alleen etiketten die speciaal voor inkjetprinters zijn
ontworpen.
• Plaats nooit meer dan 20 etiketvellen tegelijk in de invoerlade.
• Gebruik alleen volledige etiketvellen.
• De vellen mogen niet plakkerig of gekreukeld zijn en de etiketten
mogen niet loszitten.
• Gebruik geen plastic of doorschijnende etiketten. De inkt droogt niet
op plastic of doorzichtige etiketten.
De beste resultaten verkrijgt u met producten van hp.
33